rekenen met kaarten

Rekenen met speelkaarten

Aan het einde van dit schooljaar hebben mijn leerlingen een setje speelkaarten gekregen. Hier kunnen ze in de vakantie gewoon lekker mee spelen. Ook zijn er een heleboel reken en getal spelletjes mee te doen. Spelen en leren tegelijk, daar houd ik van! Hieronder staan verschillende spelletjes beschreven. Heb jij ook een idee? Laat het me dan weten,dan zet ik hem erbij! Veel plezier!



Het hoogste getal

Aantal spelers: 2

Kaarten: alleen de getalkaarten en de Aas in alle kleuren.

Spelregels:

  • Je krijgt beide de helft van de kaarten.
  • Leg de stapel ondersteboven neer.
  • Draai tegelijkertijd de bovenste kaart om.
  • Kijk welke kaart het hoogste is.
  • Heb jij de hoogste? Dan krijg je beide kaarten en leg je ze onder op jouw stapel.
  • Trekken jullie dezelfde kaart? Laat ze liggen, trek beide een nieuwe kaart erbovenop. De hoogste krijgt alle kaarten.
  • Wie het eerst de hele stapel kaarten kwijt is, heeft verloren.

 

 

Tafel kaarten

Aantal spelers: 2

Kaarten: alleen de getalkaarten en de Aas in alle kleuren.

Spelregels:

  • Je krijgt beide de helft van de kaarten.
  • Leg de stapel ondersteboven neer.
  • Draai tegelijkertijd de bovenste kaart om.
  • Maak een keersom met de beide kaarten.
  • Wie weet als eerste het antwoord? Die mag de kaarten hebben.
  • Degene die na afloop de grootste stapel heeft, wint het spel.

 

 

Maak 10!

Aantal spelers: 2

Kaarten: alleen de getalkaarten en de Aas in alle kleuren.

Spelregels:

  • Leg de stapel ondersteboven neer.
  • Leg 8 kaarten open op tafel.
  • Speler A mag nu 2 kaarten pakken die samen 10 zijn.
  • Ga door tot alle 2-tallen op zijn.
  • Vul de kaarten op tafel vanaf de stapel weer aan tot 8.
  • Nu mag speler B de kaarten pakken die samen 10 vormen.
  • Speel door tot de hele stapel op is.
  • Wie de meeste keer 10 heeft kunnen maken, wint het spel.

 

 

Maak vriendjes van 10!

Aantal spelers: 2

Kaarten: alleen de getalkaarten en de Aas in alle kleuren.

Spelregels:

  • Geef iedereen 10 kaarten.
  • Leg de rest op een afneemstapel in het midden ondersteboven neer.
  • Speler A mag nu 1 kaart van de afneemstapel omdraaien en de bovenste kaart van zijn eigen stapel.
  • Zijn de getallen samen 10? Dan krijgt je de kaarten.
  • Vormen de getallen samen niet 10? Leg dan de kaarten open neer naast de aflegstapel.
  • Speler B draait de bovenste kaart van zijn eigen stapel om.
  • Kun je 10 maken met de bovenste open kaart die er ligt? Dan mag je deze pakken.
  • Kun je geen 10 maken met deze kaart? Dan mag je de bovenste dichte kaart van de afneemstapel omdraaien.
  • Kun je 10 maken? Dan zijn de kaarten voor jou.
  • Lukt dit niet? Leg alle kaarten weer open bovenop de nieuwe stapel.
  • Ga door tot alle kaarten van je eigen stapel op zijn.
  • Wie de meeste keer 10 heeft kunnen maken, wint het spel.

 

 

Wie biedt meer?

Aantal spelers: 2

Kaarten: alleen de getalkaarten en de Aas in alle kleuren.

Spelregels:

  • Je krijgt beide de helft van de kaarten.
  • Leg de stapel ondersteboven neer.
  • Draai tegelijkertijd de bovenste 2 kaarten om.
  • Maak beide een keersom van jouw kaarten.
  • Welke uitkomst is het hoogst? Jij krijgt alle 4 de kaarten en legt ze onderop jouw stapel.
  • Speel door tot alle kaarten op zijn.
  • Wie alle kaarten heeft, heeft gewonnen.

 

Dit spel kun je ook spelen met meer mensen! Neem dan een tweede spel kaarten erbij. Wie van de spelers het hoogste antwoord heeft bij de tafel som, krijgt alle kaarten van de ronde. Wie heeft op het eind de meeste kaarten? Dat is de winnaar!

 


Kwartetten

Aantal spelers: 2 of meer.

Kaarten: alle kaarten, behalve de jokers.

Spelregels:

  • Schud de kaarten.
  • Iedere speler krijgt 7 kaarten.
  • De rest komt ondersteboven op een stapel in het midden.
  • De jongste speler mag beginnen.
  • Vraag aan een willekeurig iemand een kaart die je nodig hebt om 4 dezelfde kaarten van verschillende kleuren te vormen.
  • Je moet minstens 1 kaart van de serie al zelf hebben.
  • Heeft de gevraagde de kaart? Dan moet hij hem aan jou geven en mag jij nog een keer.
  • Heeft hij hem niet? Dan pak jij een kaart van de stapel en is de ander aan de beurt om te vragen.
  • Heb je 4 kaarten van hetzelfde cijfer / plaatje? Dan heb jij een kwartet.
  • Wie na afloop van het spel de meeste kwartetten heeft, is de winnaar.

 

 

Memorie

Aantal spelers: 2 of meer.

Kaarten: alle kaarten, behalve de jokers.

Spelregels:

  • Schud de kaarten.
  • Leg de kaarten los van elkaar ondersteboven op tafel.
  • Speler A mag 2 kaarten omdraaien.
  • Hebben ze dezelfde kleur en aantal? Dan mag je ze houden en nog eens 2 kaarten om draaien.
  • Zijn het verschillende? Draai ze dan terug.
  • Dan is speler B aan de beurt.
  • Ga door tot alle kaarten op tafel op zijn.
  • Wie de meeste 2-tallen heeft gevonden, heeft gewonnen.

 

Dit spel kun je makkelijker maken door minder 2-tallen af te tellen en ondersteboven klaar te leggen.

 

 

Cijfercode

Aantal spelers: 2 of meer.

Kaarten: alleen de getalkaarten en de Aas in alle kleuren.

Spelregels:

  • Schud de kaarten.
  • Leg de kaarten ondersteboven op een stapel op tafel.
  • Speler A trekt de bovenste kaart.
  • Schrijf het getal op een blaadje op.
  • Speler B trekt een kaart en schrijft deze ook op.
  • Speler A trekt nu een tweede kaart. Het getal mag links of rechts van het eerste getal geschreven worden.
  • Trek zo om de beurt 4 kaarten.
  • Er mag geen getal verplaatst worden dat al is opgeschreven.
  • De bedoeling is om een zo groot mogelijk getal te maken. Dat is de winnaar!

 


Kaboem!

Aantal spelers: 2 of meer.

Kaarten: alleen de getalkaarten en de Aas in alle kleuren en 1 of 2 jokers.

Spelregels:

  • Schud de kaarten.
  • Leg de kaarten ondersteboven op een stapel op tafel.
  • Trek om de beurt de bovenste kaart.
  • Is het een cijfer? Dan mag je hem houden en is de ander aan de beurt.
  • Is het een joker?  Leg al je gewonnen kaarten terug op de stapel.
  • Wie heeft na 5 minuten spelen de meeste kaarten? Dat is de winnaar!


Om het moeilijker te maken, kun je ook na 5 minuten alle cijfers op de kaarten optellen. Wie de meeste punten heeft, is dan de winnaar!

 

 

Hebbes!

Aantal spelers: 2 of meer.

Kaarten: alleen de getalkaarten en de Aas in alle kleuren.

Spelregels:

  • Verdeel alle kaarten over de spelers.
  • Leg de kaarten ondersteboven op een stapel voor je neer.
  • Draai tegelijkertijd de bovenste kaart om.
  • Tel alle cijfers bij elkaar op.
  • Wie het eerst het antwoord weet roept Hebbes! En mag de kaarten hebben.
  • Speel door tot 1 iemand geen kaarten meer heeft.
  • De speler met de meeste kaarten wint!

 


Flits!

Aantal spelers: 2

Kaarten: alleen de getalkaarten en de Aas in alle kleuren.

Spelregels:

  • Spreek af hoeveel beurten jullie spelen. (of hoeveel minuten)
  • Leg de stapel ondersteboven neer.
  • Speler A draait 2 of 3 kaarten om.
  • Speler B kijkt kort en speler A dekt de kaarten af met een doek.
  • Weet speler B nog welke kaarten er lagen?
  • Wie had de meeste kaarten goed als de speeltijd voorbij is?